Door naar de hoofd inhoud

Dekkingsplan

Iedere vier jaar, of wanneer de situatie binnen de regio significant is gewijzigd, stelt het algemeen bestuur van Veiligheidsregio IJsselland een nieuw dekkingsplan vast.

In het dekkingsplan staat beschreven hoe de repressieve brandweerorganisatie in IJsselland is opgebouwd. In onze regio kennen we 35 brandweerposten, bestaande uit beroeps en vrijwilligers. In het dekkingsplan staat aangegeven hoe wij vanuit deze brandweerposten hulp bieden aan de inwoners van onze regio. Het gaat daarbij niet alleen om de opkomsttijd van de eerste tankautospuit bij een relatief kleine brand, maar ook hoe snel we met meerdere blusvoertuigen ter plaatse kunnen komen om een grote brand te kunnen bestrijden.

Het huidige dekkingsplan is tot stand gekomen op basis van een nieuwe, landelijke systematiek. In deze systematiek wordt onderscheid gemaakt in drie typen gebieden:

  • landelijke gebieden met verspreid liggende woningen
  • gebieden bestaande uit woningen en gebouwen waar zelfredzame personen verblijven
  • gebieden met daarin oude binnensteden, veel portiekwoningen of gebouwen waar niet zelfredzame personen verblijven

Voor elk van deze gebieden geldt een andere opkomsttijd waaraan de brandweerzorg getoetst wordt. Omdat de nieuwe methodiek is toegepast, kan dit plan gezien worden als een nulmeting. Bij veranderingen in de komende jaren kan het niveau steeds worden vergeleken met deze nulmeting.

Opkomsttijd

De opkomsttijd wordt berekend door de meldkamertijd, de uitruktijd en de rijtijd bij elkaar op

te tellen. De meldkamertijd en uitruktijd per post zijn bepaald conform de rekenvoorschriften uit de landelijke handreiking. De aanname van de melding is de start van het uitrukproces van de brandweereenheid.

opbouw-opkomsttijd

Veilig leven

Binnen Veiligheidsregio IJsselland kennen we het programma Veilig Leven. In dit programma werken we aan een integrale aanpak om de zelfredzaamheid van onze inwoners te bevorderen:

  • Het voorkomen van brand en ongevallen doordat inwoners zich meer bewust zijn van (on)veilige situaties in hun leefomgeving en dat wat ze zelf kunnen doen om branden en ongevallen te voorkomen. We willen bovendien met onze inwoners de volgende stap zetten: van bewustwording naar doen. Veilig handelen dus.
  • Als branden of ongevallen zich toch voordoen, willen we dat inwoners weten hoe ze moeten handelen om de gevolgen van de brand en/of het ongeval zoveel als mogelijk te beperken.

In de gebieden en bij de gebouwen waar we niet kunnen voldoen aan de wettelijk gestelde opkomsttijd, wordt aanvullend ingezet op het bevorderen van de zelfredzaamheid van de inwoners van dat gebied of de gebruikers van dat betreffende gebouw. Hierbij kan een relatief eenvoudige handeling als het op de juiste plek ophangen van goedwerkende rookmelders al een groot verschil maken.