Door naar de hoofd inhoud

Nepnieuws

Nepnieuws, desinformatie of informatiemanipulatie: in korte tijd zijn het bekende woorden geworden in Nederland. Kwaadwillenden, zoals andere landen, zetten het in om je mening te beïnvloeden. Of onbetrouwbare bedrijven gebruiken het om geld mee te verdienen. Vooral tijdens een crisis zijn de gevolgen van onjuiste informatie extra groot.

Nepnieuws, fake berichten en hoaxes bestaan al heel lang, maar de verspreiding ervan gaat razendsnel sinds de opkomst van sociale media. Iedereen kan tegenwoordig berichten, foto’s en video’s plaatsen op internet. Daardoor lijken de grenzen tussen nieuws, nepnieuws en advertenties te vervagen. Het wordt steeds moeilijker om ze van elkaar te onderscheiden en een gefundeerde mening te vormen.

Wat doet de overheid?

  • De overheid stelt, samen met andere landen, internationale normen op over desinformatie.
  • Er wordt onderzocht welke informatie wel of niet schadelijk, onrechtmatig of zelfs strafbaar is. Zodat hier regels voor gemaakt kunnen worden.
  • De overheid probeert beter zicht te krijgen op waar de desinformatie vooral vandaan komt.
  • De overheid maakt online platforms, zoals Facebook, X (voorheen Twitter) en TikTok, ook verantwoordelijk voor het verwijderen van desinformatie.

Denk vooruit

Herken desinformatie in 6 stappen:

  • Lees goed het hele bericht, zodat je alle informatie hebt.
  • Check de bron: wie heeft het bericht geschreven?
  • Vraag jezelf af waarom het bericht is geschreven?
  • Maakt de toon van het bericht je heel nieuwsgierig of juist ongerust?
  • Wat voor soort informatie staat er in het bericht?
  • Kloppen de foto’s of video’s die bij het bericht staan?

Check het nieuws ook bij andere bronnen. Vertrouw je het bericht niet of twijfel je? Negeer het en verspreid het ook niet verder.
Praat erover met je omgeving.

De checklist van Rijksoverheid helpt je om een bericht zelf te onderzoeken. Op www.isdatechtzo.nl vind je tips over hoe je bovenstaande vragen kunt beantwoorden.